Hoe kan ik aansluiten op een warmtenet?
Warmtenet is eigenlijk een andere benaming voor stadsverwarming. Het is een netwerk van leidingen onder grond waar warm water door stroomt. Dat warme water is afkomstig van een warmtebron, bijvoorbeeld een energiecentrale of datacenter. Hoe duurzamer de energie van de warmtebron, hoe duurzamer het warmtenet is. In Nederland hebben we grote warmtenetten die tot wel tienduizenden huizen verwarmen, maar er zijn ook kleine warmtenetten voor één enkel huizenblok. Om te kunnen aansluiten moet het netwerk van ondergrondse leidingen vanaf de warmtebron naar je wijk of huizenblok worden gelegd.
Van warmte-opwek naar warmte-afleverset
Het hoofdleidingnet is een transportnet, dat het water met een hoge temperatuur en een hoge druk vervoert van de warmtebron naar de afnemers. Daar kun je als particuliere woningeigenaar niet direct op aansluiten. Je douchewater zou veel te heet zijn en je binneninstallatie kan de druk niet aan. Daarom moet er per wijk een Warmteoverdrachtstation (WOS) worden geplaatst. Daarin wordt de temperatuur en de druk teruggebracht naar een niveau dat kan worden aangeleverd bij de woningen. Ook dat laatste stuk gaat ondergronds. Bij de woning aangekomen worden de buizen aangesloten op een warmte-afleverset (WAS). Het is een warmtewisselaar en vervangt de cv-ketel. Het neemt de warmte van het warmtenet over naar de binneninstallatie. De warmte-afleverset heeft minder ruimte nodig in dan de cv-ketel. Het past bijvoorbeeld in een meterkast. Via de warmte-afleverset komt de warmte in je woning terecht en wordt de warmte verdeeld over je radiatoren als je de verwarming aanzet. Ook zorgt deze afleverset dat je warm water in de keuken en badkamer krijgt.
Wijk aanpak
Een warmtenet is een collectief systeem. Het aanleggen ervan is een complexe klus, omdat er gegraven moet worden en dat moet worden afgestemd met andere werkzaamheden die in een gemeente moeten plaatsvinden. Om een warmtenet in een wijk te kunnen realiseren, moeten er voldoende mensen zijn die voor die oplossing om aardgasvrij te worden willen kiezen. Meestal neemt een warmtebedrijf of de gemeente het initiatief om per wijk een onderzoek te doen naar de vraag of er voldoende interesse is. Als dat kansrijk is, ontvangen de bewoners naast algemene informatie ook een concreet aanbod: wat kost de aansluiting. Ook is dan duidelijk of er subsidiemogelijkheden bestaan, om de kosten van de aansluiting te beperken.
Wie doet er mee?
Om een warmtenet te kunnen realiseren is het nodig dat 70% van de woningeigenaren daarvoor willen kiezen. Als die 70% een aansluitovereenkomst hebben ondertekend, kan het project doorgaan. De definitieve engineering kan in gang worden gezet en alle benodigde mankracht, materialen en machines worden gereserveerd. Tussen het moment van ondertekening en de daadwerkelijke aansluiting zit daarom al snel een jaar. In de praktijk blijkt dat het aansluiten op een warmtenet voor veel mensen het meest gunstige alternatief is om aardgasvrij te worden. Het is een collectief system, dus je kunt als buurtbewoners samen optrekken in de tijd dat er informatie wordt gegeven. Je kunt leren van de vragen van elkaar. Omdat het om een groep particuliere woningeigenaren gaat kan de warmteleverancier ervoor zorgen dat er veel werk uit handen wordt genomen. Het warmtebedrijf verwijderd de cv-ketel en plaatst de warmteset. Als je nog op aardgas kookt kun je als buurt daar ook gezamenlijk actie op ondernemen om dat te vervangen en afspraken maken met de installateur of keukenvakzaak.
Samen
Als je aansluit op een warmtenet, sta je er niet alleen voor. Aansluiten op een warmtenet doe je met elkaar.